
Na mijn ongemakkelijke eerste ontmoeting met een groepje bomen, betrad ik op een uitermate vroeg tijdstip - dat uitstekend past in een stilteretraite, maar waar mijn kleine persoontje nog wat aan moet wennen - hetzelfde bos in als de dag ervoor. ). Nu met aandacht, eerbied en respect.
Langzaam benaderde ik de bomen. Het leek alsof ze me nu opwachtten, nieuwsgierig wat ik zou doen. Bij de rand vertraagde ik mijn pas en kwam tot stilstand bij één van de grootste bomen. In stilte vroeg ik nu of ik hun ruimte mocht betreden. Ik voelde me nog een beetje onzeker en stond daar als een klein kind een beetje te draaien aan een streng haar. ‘Stond ik hier nu werkelijk tegen een bos te praten??’ Toch bleef ik wachten..op een antwoord. En dat kwam.
De energie opende zich en ik liep stapje voor stapje naar binnen, her en der een tak aanrakend, een stam strelend. 'Mag ik mijn TaiChi-vorm hier doen?'. En ja, dat mocht.
De vorm ging als vanzelf, zonder aarzeling. Mijn handen vlochten de stralen van de opkomende zon tot vloeibare energie, mijn adem vermengde zich met de flarden ochtendmist, mijn voeten liefkoosden de aarde. ‘Wek op Chi’, hoorde ik mijn TaiChi leraar zeggen en dat is wat er gebeurde.
Toen ik klaar was met de vorm dankte ik de bomen, de zon, de aarde, alles.. en behoedzaam verliet ik het bos. Verwonderd over de eenvoudige doch krachtige taal van de natuur.